Het zoeken van de luchtlekken
Wanneer uit de metingen van luchtdichtheid blijkt dat er teveel lucht ontsnapt (of bij de onderdrukmeting, wordt aangezogen) dan is het van groot belang de plaatsen van de lekkages te lokaliseren.
Daar zijn een paar methoden voor:
- via thermografie, door middel van een thermografische camera ( infraroodmeting); wanneer het verschil van de temperatuur tussen buitenshuis en binnenshuis minimaal ongeveer 10 graden Celcius is; afhankelijk van de grootte van de lekkage wordt een duidelijk warmteverschil zichtbaar. Met de camera (het meetapparaat) worden alle mogelijke plaatsen van lekkages in beeld gebracht. (zie ook onder thermografie)
- via een luchtdrukmeter (vaak dezelfde die bij de luchtdrukmeting zelf wordt gebruikt); bij de plaats van de lekkage is een andere druk aanwezig dan in de ruimte.
- via artificiële rook uit een rookpen (rookstift) of rookgenerator; wanneer de rook bij overdruk op een bepaalde plaats de ruimte verlaat, (of bij onderdruk de ruimte wordt ingeblazen) is duidelijk dat daar een lekkage zit.
De gevonden lekken moeten worden gedicht
In het ontwerp kan in het kader van luchtdichtheid gedacht worden aan: “maximaal toelaatbare vervormingen van luchtdichtende materialen, het aanbrengen van manchetten bij doorvoeren, het afplakken van de overlappen van dampremmende folies, geen doorbrekingen in dampremmende folies. Controleer bij oplevering de details die gericht zijn op “luchtdichtheid”
Het moment van de meting
Het tijdstip waarop de meting het beste kan worden verricht is niet vastgelegd. Wel lijken de momenten vlak voor de afbouw of vlak voor de oplevering van een nieuw gebouw/woning het beste, omdat er dan nog (herstel)werkzaamheden verricht kunnen worden door de aannemer, zeker als er vooraf afspraken zijn gemaakt over de luchtdichtheid van het gebouw/woning.
Aandachtspunten
Mogelijke lekplaatsen zijn bijvoorbeeld de aansluitingen van kozijnen van ramen en deuren, vloerkieren, dakaansluitingen en kabeldoorvoeren.
Veelgestelde vragen
Het doel van een luchtdichtheidsmeting is het kunnen vaststellen van de mate van infiltratie/exfiltratie door de gebouwschil en dit te toetsen aan de voor het betreffende gebouw geldende eisen.
Met luchtdoorlatendheid wordt bedoeld, de mate waarin de schil van een gebouw (door kieren en naden) bij een bepaald drukverschil lucht doorlaat.
Een lage luchtdoorlatendheid (ofwel: een hoge luchtdichtheid) wordt bereikt door een goed ontwerp, een juiste voorbereiding en zorgvuldige uitvoering.
Systeem A: Natuurlijke toevoer en natuurlijke afvoer;
Systeem B: Mechanische toevoer en natuurlijke afvoer;
Systeem C: Natuurlijke toevoer en mechanische afvoer;
Systeem D: Mechanische toevoer en mechanische afvoer, al of niet met warmteterugwinning en recirculati